Transitievergoeding

De transitievergoeding is een vergoeding die je als werknemer kunt krijgen bij ontslag. Het ontslag moet dan wel door de werkgever zijn aangevraagd. Het was oorspronkelijk een vergoeding die je ontving voor de transitie naar een nieuwe baan, vandaar de naam. 

Bij gedeeltelijke beëindiging van je contract kun je sinds 14 september 2018 ook een gedeeltelijke transitievergoeding krijgen. Daar zitten wel een aantal voorwaarden aan: 

  • De gedeeltelijke beëindiging van de arbeidsovereenkomst is noodzakelijk, bijvoorbeeld vanwege bedrijfseconomische redenen of omdat je langdurig arbeidsongeschikt bent. 
  • Bij de beëindiging verlies je minimaal 20% van je arbeidsuren. 
  • De verwachting is dat het verlies van deze arbeidsuren blijvend is. 

Wanneer betalen we uit?

Sinds 1 januari 2020 heeft een werknemer vanaf de eerste dag werken recht op de transitievergoeding bij eind van het dienstverband. Hier zijn echter wel een aantal voorwaarden aan verbonden. Wanneer dienen we de transitievergoeding uit te betalen?

  • Indien wij besluiten het tijdelijke contract niet te verlengen;
  • Indien wij een contract beëindigen nadat een ontslagvergunning van het UWV is verkregen;
  • Indien een contract door de rechter wordt ontbonden en de rechter een transitievergoeding toewijst aan de werknemer.

Wanneer heeft de werknemer geen recht op de transitievergoeding?

Er zijn een aantal situatie waarin een werknemer geen recht heeft op de transitievergoeding:

  • wanneer de werknemer zelf zijn contract opzegt
  • wanneer de werknemer niet in gaat op ons redelijke voorstel om het contract te verlengen
  • wanneer het dienstverband eindigt in verband met het bereiken van de AOWgerechtigde leeftijd
  • wanneer het contract beëindigd wordt in verband met ernstig verwijtbaar handelen van de werknemer
  • wanneer de werknemer jonger is dan 18 jaar en gemiddeld niet meer dan 12 uur per week heeft gewerkt
  • wanneer in de vaststellingsovereenkomst is opgenomen dat er geen sprake is van een transitievergoeding

Hoe wordt de transitievergoeding berekend?

De transitievergoeding bedraagt 1/3e bruto maandsalaris per jaar in dienst. Een deel van een jaar wordt ook meegerekend, naar rato. De hoogte is gemaximeerd op € 84.000,– bruto of maximaal één jaarsalaris, indien dit hoger is dan € 84.000,–.

Hoe wordt het maandsalaris berekend?

Niet alleen het bruto maandsalaris telt mee voor de berekening van de transitievergoeding. De volgende looncomponenten tellen ook mee:

  • het vakantiegeld;
  • een structurele overwerkvergoeding;
  • een vaste ploegentoeslag.

Bij een wisselende arbeidsduur wordt het maandsalaris als volgt berekend. Het bruto uurloon wordt vermenigvuldigd met het gemiddelde aantal gewerkte uren per maand over de periode van twaalf maanden voorafgaand aan het moment waarop de arbeidsovereenkomst eindigt.

Indien de arbeidsovereenkomst korter duurde dan twaalf maanden, dan moet het bruto uurloon vermenigvuldigd worden met het gemiddelde aantal gewerkte uren per maand over de duur van de arbeidsovereenkomst.

Bij de berekening van de gemiddelde arbeidsomvang mogen periode waarin de werknemer verlof had of zich ziek had gemeld niet meegenomen worden. Indien de werknemer 30 dagen of meer afwezig was, dan moet de periode waarover berekend wordt met een kalendermaand worden opgeschoven.

Hoe wordt de duur van het dienstverband berekend?

Voor de berekening van de duur van het dienstverband worden een aantal situaties onderscheiden:

Uitzendovereenkomst (met uitzendbeding) in fase A
De perioden van de terbeschikkingstelling moeten bij elkaar opgeteld worden. Dit houdt in het aantal dagen, weken, maanden waarin de uitzendkracht daadwerkelijk arbeid heeft verricht. Hiervoor geldt wel dat we het contract telkens daadwerkelijk hebben opgezegd. Bij de vierwekencontracten geldt dus telkens een periode van vier weken.

Uitzendovereenkomst voor bepaalde tijd
Indien een uitzendkracht een overeenkomst voor bepaalde tijd heeft, dan geldt de duur van het contract of de optelling van de duur van de contracten voor bepaalde tijd die elkaar opvolgen met een tussenpoos van zes maanden of korter. De periode van de oproepcontracten in fase A worden hierbij opgeteld.

Uitzendovereenkomst voor onbepaalde tijd (fase C)
De duur van het contract voor onbepaalde tijd telt voor de duur van het dienstverband. De eventuele perioden in fase A en B worden hierbij opgeteld, zoals hiervoor besproken, indien deze arbeidsovereenkomsten elkaar opvolgen met een tussenpoos van zes maanden of korter.